Light in the dark
“Zo rustig als het nu is, is het in tijden niet geweest,” denk ik terwijl ik al zittend op een bankje mijn appel verder opeet. Zodra ik wist dat de regenstorm niet voor overstromingen gezorgd had, sprong ik op mijn fiets. Op weg naar de natuur.
Een kort verhaal van Brenda Breukers
Ik koos voor het bos waar ik in de ochtend graag naartoe ga. Het is merkbaar dat mensen afgeschrikt zijn door de enorme natuurrampen – zoals het genoemd wordt – die de laatste weken plaatsvonden. Er zijn veel minder mensen dan normaal op de weg, in de buurten en in het bos. Hoewel dat stiekem mijn persoonlijke voorkeur heeft, minder mensen, lijkt het nu een beetje ‘te’ stil…
Net op het moment dat ik dat denk, kijk ik rechts van me omdat ik het geluid hoor van razend water. De voor mij normaal gesproken niet opzichtelijk heuveltjes in het bospad, zorgen nu voor enorme golven waardoor het water in zowel hoogte als kracht vergroot. Ik weet nog net op tijd tot besef te komen om mijn appel weg te gooien, mijn tas te pakken en het op een rennen te zetten. Gelukkig begeef ik mij op een recht pad zonder takken en boomwortels. Terwijl ik ren, kijk om mij heen. De eekhoorns welke normaal van schrik de boom in rennen als zij mij zien, kijken nu - totaal ongestoord door de hoge golven - in mijn richting. De golven lijken steeds dichterbij te komen, maar ik hou de pas erin en weet overspoeling te voorkomen. Zodra ik bij het parkeerterrein ben hoor ik het geluid zachter worden. Ik draai me om en zie dat de enorme golven, als tegen een onzichtbare wand, tot stilstand komen en langzaam in kleine golfjes verminderen en verdwijnen.
“Dat was raar…” denk ik, terwijl ik hijgend probeer op adem te komen.
Nieuwsgierig als ik ben loop ik terug richting het bos om te bekijken wat de schade is aan de natuur. Het kan natuurlijk niet anders dan dat deze enorme golvenbanken losse takken hebben meegesleurd en paden hebben verbreed. Terwijl ik door het bos loop en om me heen kijk merk ik verontwaardigd op dat er niets gebeurt lijkt te zijn. Alles ligt, staat en leeft nog zoals het was voordat ik het bos inkwam. De vogels fluiten, de eekhoorns verzamelen, het is net of er niets gebeurd is. Wanneer ik hetzelfde pad inloop als waar ik nog geen minuut geleden zat toen de golf op mij afkwam, zie ik aan het eind van dat pad een soort paarse mist. Mat van kleur. Het lijkt op de gloed van de opkomende zon. Maar dit moet wat anders zijn, aangezien de zon allang op is. Het ligt ook veel lager aan de grond, oogt dikker, meer als wolkjes, en is in beweging. Als gehypnotiseerd loop ik ernaartoe. Terwijl ik dat doe, voel ik dat de aantrekkingskracht steeds sterker wordt, dus ik blijf lopen. De mistige wolk lijkt van de grond te komen in een soort staande vorm, groter dan een mens, maar kleiner dan een boom. Ik loop nog dichterbij en voel dan ineens dat ik stop, ik lijk me weer bewust te worden van mijn omgeving dus kijk om me heen. Nog voordat ik terug kan kijken komt de mistige, paarse wolk al in mijn richting gevlogen, op mij af. En net voor het moment dat ik verwacht dat het door mij heen zal gaan, glijdt het over- en naast mij af, aan me voorbij. Mijn verwachting was dat het een koude wind mee zou nemen, misschien door de temperatuur buiten, of om de associatie met het water van zonet, maar dat had ik fout. De mistige wolk biedt eerder een gevoel van geborgenheid, een moederlijke warmte. Als ik omkijk is het verdwenen. Op dat moment hoor ik weer auto's rijden over de weg naast het bos en begint het langzaam te miezeren. Alsof de druppels mij ontwaken uit deze gebeurtenis loop ik het bos in, het pad op waar ik normaal gesproken ook loop nadat ik mijn appel opgegeten heb. Pas dagen later, en met toeval, komen er beelden in gedachten bij mij terug van dat moment. Toen ik verder het bos in liep zag ik in mijn ooghoeken twee schimmen in de verte wegrennen. Ook hing er een sterke brand lucht. Zonder dat ik weet hoe de herinneringen van die ochtend zich aan elkaar verhouden, heb ik het sterke gevoel dat ze dat wel doen. Hmpf…
“Misschien kom ik er wel nooit achter,” denk ik teleurgesteld.
14 december: Vagevuur
"Hoger," riep Camilla, de meest energieke van alle vrouwen. “Met dit kleine vuurtje lossen we niks op hoor!”
De andere dames staan met hun ogen gesloten en hun handen in de richting van het vuur, in koor, Latijnse woorden te mompelen. In de tussentijd probeert Camilla in contact te komen met Moeder. Zij houdt haar handen hoog in de lucht gestoken, met haar vingers uit elkaar en haar ogen gesloten.
"Moeder, oh Moeder, wij bieden gehoor middels dit vuur, help ons herstellen, en zuivert met ons de Natuur."
De wind begin harder te blazen, waarop de boomtoppen in beweging komen. Je zou verwachten dat het de vogels aan zou zetten om weg te vliegen, maar geheel in vertrouwen klemde zij hun pootjes ietwat strakker om de takken en blijven rustig zitten.
"Moeder, oh Moeder, wij bieden gehoor middels dit vuur, help ons..."
Een diep, lage windruis was hoorbaar, alle dames deden uit schrik hun ogen open waarop Camilla voortzet, "help ons herstellen, en zuivert met ons de Natuur".
De dames herinnerde zich Camilla’s dwingende woorden dat “Het in geen enkel geval toegestaan is om de ogen te openen tijdens deze ceremonie”, dus sloten zij deze gauw weer en mompelde hun Latijnse verzen verder. Het geluid van de wind werd steeds luider, het gezoef werd razen en razen werd gedonder. Nog voordat de dames doorhadden wat er gebeuren zou, ontstond aan de buitenkant van de cirkel waarin zij zich verzameld hadden grote golven die via de wandelpaden het bos uit stroomden. De golven leken alles mee te nemen dat niet tot het bos behoorde: blikjes, papieren zakdoekjes en plastic papiertjes, zelfs de bankjes en pedaalemmers die daar geplaatst waren door de gemeente werden door de kracht van de stroming meegesleurd.
De dames begonnen te juichen en springen en knuffelde elkaar. "Het is ons gelukt!”
Maar de zuivering duurde niet langer dan een aantal minuten. Toen dat eenmaal voorbij was verdween het vuur, het hout en de as en veranderde in een dikke, mistige, paarse wolk. De wolk was warm en leidden bij de vrouwen tot allerlei harmonieuze gevoelens: warmte, verheerlijking, liefde, blijdschap. Het gevoel van een goede knuffel van iemand die je graag ziet. Helaas wisten ze dat dit betekende dat ze nu uit de benen moesten, zodat ze niet gezien zouden worden.
"Wauw, wat geweldig!” fluisterde Cathy, waarbij duidelijk zichtbaar was dat ze veel moeite deed om haar enthousiasme en volume te onderdrukken. “Niet alleen is het ritueel effectief gebleken, maar door het samen te doen hadden we zelfs genoeg krachten gebundeld om het gehele bos in één keer aan te pakken”.
Alle dames knikten instemmend, waarna zij gauw ieder een eigen weg insloegen.
Camilla bedacht op dat moment dat Cathy een goed punt had, “Misschien wordt het tijd om nieuwe leden te werven, zodat er nog meer kracht gebundeld kan worden. Ik ben benieuwd of er in de buurt nog mensen zijn die zich genoeg bekommeren om de Natuur en nieuwsgierig zijn naar Haar potentie.”